Cat Ba Island
29 november 2023 - Cat Ba Island, Vietnam
We hebben enkele dagen op het eiland Cat Ba verbleven. Het was een heerlijke kamer, waar we goed sliepen tijdens de rustige nachten. Elke morgend kregen we een ontbijt waar we konden kiezen uit een kleine lijst.
Broodje met 2 spiegeleitjes, een dikke bananenpannekoek of een noedelsoep.
Steeds vergezeld met koffie of thee en stukjes fruit b.v. van rode drakenfruit, kleurt de tong wel hard van.
De eigenaars die twee zonen hebben, runnen de zaak. Ze waren supervriendelijk. Het 'Trang Toan Hotel' kunnen we absoluut aanraden. De ligging is top en bovenal zijn ze de goedkoopste! Prijs/kwaliteit kan het echt niet beter. 150k per nacht, dus €6, ongelooflijk!
Een dikke kilometer wandelen en je bent aan drie mooie stranden. Het eerste strand noemt Cat Co 3.
Dan gaat het pad via de 'Rock Trail',
een mooie leuke aangelegde weg dat langs de wand van de berg loopt.
Terwijl geniet je van het prachtig uitzicht.
Het pad eindigt op het andere strand Cat Co 1.
Dan was het even verwarrend hoe we onze weg moesten verderzetten. We vroegen ons af of we door het dure resort moesten en vroegen het aan de bewaker. Hij sprak onduidelijk Engels tegen Laurens, dan keek hij naar mij en sprak verder. Ik zei meteen, heel duidelijk articulerend met mijn vriendelijkste gezicht "No speak Vietnamese". Hij bekijkt me zo raar terwijl Laurens zegt "Zeg Woon, wa zegde gij nu? Die spreekt wel nog steeds Engels he!" Ah oei sorry, ma hij spreekt echt wel heel onduidelijk en zo snel. Oeps. Raar dat hij me niet meer bekeek?? We mochten dus gewoon doorwandelen naar het laatste strand Cat Co 2. Bijna bij aankomst kwam er plots een stevig windje opzetten waardoor Laurens zijn pet wegvloog op het domein van een duur resort. De bewaker hield ons tegen, verboden terrein! Met hand en tand probeerden we uit te leggen wat er was gebeurd en of ik het snel mocht halen. Ging zelfs moeilijk met Google Translate. Uiteindelijk gesnopen. Petje terug. Oef! We lopen daarna het strand op.
Van daar konden we helaas niet meer verder. We vroegen aan een bewaker van het resort achter het strand of er nog ergens een pad verder liep? Sprak natuurlijk ook geen Engels. Begint Laurens en ik over iets stom te discussiëren en na enkele minuten gekibbel beseften we ineens dat die bewaker nog steeds bij ons stond. Oei hoe genant. Hij stond er echt voor piet snot en snapte er geen woord van. We bedankten hem waarna hij ongemakkelijk en een beetje slechtgezind afdroop. Ons doel 'stranden opzoeken' werd omgevormd tot 'bewakers pesten'. Die moeten ook denken 'Die stomme toeristen zonder geld!' (Hoe wij er ook bij lopen met onze scheuren en vlekken...)
Op de terugweg aten we nog lekkere zoete kleine banaantjes waar we meteen gezelschap kregen van twee kleintjes.
Het meisje was meteen aan Laurens verkocht.
Een trosje banaantjes
verandert bij Laurens altijd meteen in dit.
s'Avonds was het gezellig wandelen.
Met zonsondergang op de pier.
Fitnestoestellen waren ook beschikbaar.
Overal zijn paden aangelegd dat bestaat uit marmer, graniet of blauwe steen.
Zelfs de voetpaden naar de stranden, toch wel een kilometer lang, bestaan uit dit kostbaar gesteente.
Hier is het blijkbaar een van de goedkopere grondstoffen. De electriciteitkabels hadden ze hier en daar toch wel een beetje hoger mogen hangen. Niet?
Een scooter hadden we een dag gehuurd bij ons hotel om het eiland te verkennen. De fout die we maakten was om bij een lokaal benzine te kopen die per fles werd aangerekend aan het dubbele van de prijs t.o.v. het tankstation zelf.
Maar het belangrijkste was dat we het eiland konden ontdekken.
Onze eerste stop was het Nationaal Park van Cat Ba waar je naar de top van de berg kon wandelen.
Het begon over een betonnen pad midden in de natuur.
Aan de voet van de berg starten de eerste treden.
Hoger en hoger door het bos 'Kim Gioa'.
Een stevige wandeling, maar gelukkig was het veel makkelijker gemaakt door de echt wel goed gebouwde betonnen treden die af en toe met een leuning waren afgewerkt.
De leuningen leken uit hout gemaakt, maar bestaan uit beton met een geschilderd houtmotief. Steeds dacht ik puffend 'Amaai voor dit allemaal te bouwen, dat is pas vermoeiend! Sleur maar eens al die betonzakken en gerief naar boven. Alles met de hand, niets machinaal!' Nog de laatste treden te gaan voor we de top bereiken.
We zijn er!
Een platform konden we op
waar we werden getrakteerd op een prachtig uitgestrekt zicht over de bergtoppen.
Beneden waar de huisjes staan, stond onze scooter, het vertrekpunt.
We namen even pauze met een rustgevend zicht.
De terugweg was ook vermoeiend en zelfs moeilijker. De treden waren vaak vrij ver uit elkaar, stijl en glad geworden door slijtage, zeker die dat uit de rotsen zijn gehouwen. Tegen het einde begon ik toch te trillen op mijn benen. Op het laatste pad, het plat stuk, hoorde ik ineens geritsel naast mij. Een skink stond er te pronken.
Het viel ons op dat we in het park bijna geen dieren zagen of zelden een vogel hoorden.
Met het toegangsticket kon ook de grot 'Trung Trang' bezocht worden, een stukje terug langs de baan. Bij aankomst zag ik het ander diertje van de dag.
Een hagedis met donkere ooglappen.
We werden verwelkomd door een poort
en wat zagen we wat verder... weer trappen.
Boven aangekomen, pauzeerden we even.
Dan de laatste loodjes.
Om dan lekker af te koelen in de grot.
Niks van waar, warm en enorm vochtig!
Nog even frisse lucht door het raam van de grot
voor we werden mee gezogen door de stalagtieten overal.
Met hier en daar een kamer.
Je zou denken dat er geen flora in een grot aanwezig kan zijn. Toch onder bijna elke lamp groeien plantjes.
Geregeld is de doorgang zeer laag.
Twee altaartjes passeerden we ook waar Vietnamezen snel een gebedje deden.
En zo kwamen we aan het einde waar we uitkwamen in het bos.
Aan het Nationaal Park en ook na de grot waren er tal van mogelijkheden voor een hapje en een drankje. We kwamen uit op de baan die we een stukje moesten afwandelen om toe te komen aan het beginpunt waar de scooter stond.
Een kwartiertje scooteren en we waren aan de noordkant van het eiland.
Verschillende toeristische boten en kleine cruiseschepen lagen daar voor anker.
Op de terugweg konden we een stukje via een andere weg rijden om te pauzeren aan een uitzichtplatform.
De zuilen waren ook geconstrueerd met hetzelfde trucje, beton geschilderd in hout-effect.
We vroegen ons af of de ornamenten ook uit beton bestaan.
De vloer uit graniet is alleszins magnifique!
Het voordeel om met uw eigen vervoer te rijden, in dit geval een gehuurde scooter, is dat je kan stoppen wanneer je wil:
Als Laurens vissers ziet is hij verkocht. Dan moet hij toch altijd gaan piepen of ze iets vangen.
En jawel, hij haalt een klein visje boven.
Wat wordt er hier gedroogd?
Even terugdraaien Laurens.
Peulvruchten tot ze zwart zien.
Een eetstop voor een broodje bij 'Bánh Mì Hoi An'.
Wat typeert aan de stad Hoi An zijn de vele kleurrijke lampionnen. De zaak doet zijn naam eer aan.
Een hond ligt zo raar over de stoep-rand? Toch niet dood? Terugdraaien. Hij leeft nog, hoe grappig hoe hij ligt te slapen!
We naderen het zuiden van het eiland met een mooi zicht.
In het centrum zien we een scooter-kerkhof?
Neen toch niet. Ze zijn allemaal in beslag genomen door de politie. Zoveel!!? (zie filmpje) Op zo'n klein eiland? De politie is hier dan toch zo mild niet wat betreft de regels.
We kwamen in de late namiddag terug toe aan ons hotel.
Het laatste stukje kan je zien op een filmpje om je een idee te geven hoe het er daar uitziet.
Het was een leuke dag met de scooter.
Tijdens een wandelingetje stoten we op een bedrijf die instaat voor de productie van vissaus.
Je mag hier zo binnenwandelen.
Eerst laat men vis met zout fermenteren.
Dan wordt het smakelijk goedje in stenen vaten gedaan.
12 maanden duurt het rijpingsproces.
Daarna wordt de vloeistof in stenen bakken gepompt.
Bij de laatste fase gaat de vloeistof in flessen, bussen of vaten voor de verkoop. Er is een winkeltje waar je per liter rechtstreeks van het vat kan aftappen.
De prijs varieert van €6 tot €14 de liter.
Wist je dat het skelet van een zeekat (inktvis) wordt gebruikt, die aan vogeltjes in kooien worden gegeven? Hier zie je hoe ze liggen te drogen.
Het bevat veel mineralen en houdt hun snavel in model door hierop te knagen.
Bij het terugwandelen zien we een klein jongetje die naar beneden kijkt over het water. Hij communiceert met zijn vader, maar waar is de papa? De stem van de vader klinkt ook zo hol? Hij zit in de grote metalen ton!
De zijkanten zijn gesloten met een klein rond gat in. Daar kruipt hij waarschijnlijk in en haalt er schelpjes uit, zo te zien aan de gele plastieken zak die aan de zijkant ligt.
Na 4 nachten op Cat Ba beslissen we verder te trekken naar Ha Long. Tijdens het wachten op de bus zien we nog vissers die met een lange punt-net kleine kreeftjes uit het water vissen.
In het net wordt water geschept waarna de kreeftjes naar beneden worden geschud. Ze worden onderaan het net verzameld tot er genoeg inzit om in een bak te kappen. De lokale prijs zou 20k per kilo bedragen, dus €0,80 de kilo.
De bus brengt ons naar het Noorden van het eiland waar we de ferry nemen naar Ha Long.
Amaai het zat er nog in da reuze steentje. Dacht echt dak ging lezen 'toen viel stuk van mijn tand' 🤣
die trappen niks voor mij 🤓het bezoek aan dat bedrijf dat de productie doet van vissaus heeft zelfs nooit op Nirfin aar verlanglijstje gestaan🤪
Aah da is dus een skelet van een inktvis , ik denk da veel heb gevonden in Frankrijk aant strand ik weet ni juist waar meer, nooit bij stilgestaan wat da was…raar
Ik denk dat geen enkel kind die vissaus-productie interessant zou vinden door alleen al de geur en het zicht van de brijen of pappen. Ik vond het nog meevallen.
Ja idd van een inktvis, maar niet met de lange tentakels, de korte. Waar ze ook inktvisringen van maken.